Archeologie

Glas

Sinds de 16e eeuw is de hoeveelheid glas toegenomen. Glas is sinds deze periode een steeds meer voorkomende archeologische vondst.

Van de IJzertijd tot de 18e eeuw
Sporadisch wordt glas uit de IJzertijd of Romeinse tijd aangetroffen. Vanaf de middeleeuwen komt het gebruik van glas langzaam weer op. In eerste instantie alleen in kerkelijke context, met name in de vorm van gebrandschilderde ramen. Later kwam het ook in adellijke kringen in zwang, bijvoorbeeld in de vorm van de zogenaamde noppenbekers en ander drinkgerei. De oudere glasvondsten vormen daarmee veelal een bijzondere en ook kwetsbare vondstcategorie. Ze getuigen veelal van een rijk milieu. In de loop der tijd neemt het gebruik van glas sterk toe. In archeologische vondstcomplexen uit de 17e en 18e eeuw worden vaak bolflessen gevonden, die werden gebruikt voor opslag van bijvoorbeeld wijn, en allerlei medicijnflesjes.

Uitwerking
De uitwerking van glasvondsten draagt bij aan het vaststellen van de datering van aangetroffen archeologische resten én de interpretatie van wat voor vindplaats is aangetroffen. Wij kunnen glasvondsten conserveren, zodat ze goed in goede staat worden blijven bewaard.  

Certificering